Hoe ontstaat werkstress en hoe bevorder je bevlogenheid? De hoeveelheid werk, de mate van vrijheid en uitdaging, de eigen stressbestendigheid, de balans tussen werk en privé, de relatie met collega’s en leidinggevende; er is een groot aantal factoren dat van invloed is op de energiebalans van medewerkers. In dit artikel geven we een overzicht van deze factoren; aan welke knoppen kunnen we draaien om bevlogen te blijven en burn-out te vermijden?
Het WEB-model gaat uit van factoren op de werkvloer die potentieel stress kunnen opleveren (stressoren) en factoren die stress potentieel verminderen of compenseren (energiebronnen). De combinatie van deze factoren kan leiden tot werkstress of juist tot bevlogenheid: dit hangt af van de persoonlijkheid van het individu (karakter, historie en overtuigingen) en de mate van vitaliteit (herstel en reserves) die hij/zij heeft. Bij de juiste balans zorgt enige stress voor energie en bevlogenheid: de stress wordt ervaren als prettig (een uitdaging). Bij een verkeerde balans resulteert stress in een negatieve beleving (werkstress) en uiteindelijk wellicht tot burn-out.
Er zijn in iedere organisatie factoren die een medewerker energie geven (Energiebronnen) of juist kosten (Werkstressoren). Deze factoren zijn voor een deel gerelateerd aan de aard van het werk; denk bijvoorbeeld aan stressoren als zwaar fysiek werk in de bouw of emotionele belasting van verplegers in een hospice. Voor een ander deel zijn deze factoren verankerd in de cultuur van de organisatie; denk aan een energiebron als ‘teamgeest’ of de mate waarin een team gewend is elkaar aan te spreken en grenzen aan te geven. Alles bij elkaar levert dit een totaalbalans op, die positief of negatief is. Interessant feit: uit onderzoek blijkt dat medewerkers hun direct leidinggevende op de eerste plaats zetten in hun top 10 van werkstressoren...
Welke stressoren en energiebronnen spelen voor u een belangrijke rol en hoe is de balans tussen beide?
De balans van bovenstaande factoren beïnvloedt dus de mate van stress of bevlogenheid. Echter, een identieke werksituatie kan bij de één tot burn-out leiden, terwijl de ander het juist als een prettige uitdaging ziet. Het verschilt dus per persoon welk effect de stressoren en energiebronnen hebben: om precies te zijn, hangt dit af van je persoonlijkheid en de mate waarin je tussen de stressmomenten door kunt herstellen. Er zijn persoonlijkheidskenmerken die je stressresistenter maken, waardoor je meer baat hebt van de energiebronnen en minder last van de stressoren (de zogenoemde hulpbronnen). Zo blijken extraverte mensen beter tegen (stress)prikkels te kunnen en helpt hun openhartigheid hen ook om beter gebruik te maken van hulpbronnen als “sociale steun” in vergelijking met introverte mensen. En iemand met een grote mate van optimisme en zelfvertrouwen, ziet situaties minder snel als bedreigend dan iemand die faalangstig of onzeker is. Aan de andere kant zijn er kenmerken die je juist gevoeliger maken voor stressoren (de risicofactoren). Zo hebben weinig-assertieve mensen bijvoorbeeld de neiging om zich aan te passen in plaats van hun grenzen aan te geven, wat vaak een bron van (aanhoudende) stress is. En mensen die erg perfectionistisch zijn, kunnen eindeloos veel tijd in zaken stoppen en dan nog niet tevreden zijn, wat voor hoge(re) werkdruk en negatieve emoties zorgt.
Welke hulpbronnen en risicofactoren herkent u bij uzelf?
Tenslotte speelt herstel een zeer grote rol in het uiteindelijke effect van alle voorgaande factoren. Het is namelijk geen probleem en soms zelf erg fijn om enige mate van stress te ervaren; zo lang je tussentijds blijft zorgen voor rust, een fit lijf en een leeg hoofd is er geen wolkje aan de lucht. Alleen wanneer je te lang te veel stress ervaart, loop je het risico op een burn-out. Eigenlijk hebben we elke dag een moment van ontspanning nodig (Schaufeli; 2014).
Gewetensvraag: hoe vaak heeft u zich de afgelopen week echt los gevoeld van alle verplichtingen?
‘Oke’, hoor ik u denken, ‘er zijn dus veel factoren die een rol spelen en het gaat om een genuanceerd en persoonlijk beeld, maar wat kunnen we er nu aan doen?’. Werkdruk bespreekbaar maken is vaak de eerste, meest essentiële stap. Om vervolgens zicht te krijgen op de factoren die binnen uw organisatie een rol spelen: de energiebronnen en stressoren en de verhouding daartussen. Op basis van deze analyse, kunt u gericht kiezen voor interventies. Wij maken hierbij onderscheid tussen interventies die ingrijpen op de werkcontext, -inhoud en cultuur en interventies die op persoonlijk niveau gericht zijn op het weerbaarder maken van individuele medewerkers tegen stress. Voor beide geldt dat wij geloven in een team- of directiebrede aanpak, waarbij de rol van de leidinggevende(n) van doorslaggevend belang is. In dit magazine vindt u bij ‘onze aanpak’ verdere informatie hierover.
Leiderschapskompas
Speciaal gemaakt voor deze bijzondere Coronatijd: het leiderschapskompas.
Het leiderschapskompas is een hulpmiddel om te reflecteren. Het kompas reikt reflectievragen aan vanuit de verschillende rollen die je hebt als leidinggevende en biedt tips en handvatten om met de uitdagingen van deze tijd om te gaan.
Uit het oog, uit verbinding?
De coronacrisis heeft ons aangezet tot een ongekende spurt in het thuiswerken. Uit onderzoek van Harvard Business Review blijkt dat thuiswerken een negatief effect heeft op de werkmotivatie en daarmee vaak op productiviteit. De vraag is: hoe kun je als leidinggevende je mensen helpen vanuit huis hun werk met plezier te blijven doen, nu dit de komende maanden nog duurt? Leidinggeven op afstand, hoe doe je dat?
Werken in een organisatie kan inspirerend zijn. Vooral wanneer je samen bouwt aan mooie resultaten, je jezelf kunt ontwikkelen en je collega’s boven zichzelf ziet uitstijgen. Werken in een organisatie is soms ook lastig. Vooral wanneer het niet gaat zoals jij wilt of zoals het volgens jou zou moeten gaan.
‘De burn-out hoort er een klein beetje bij’ verscheen onlangs in de media. Een citaat van Hoogleraar Arbeidspsychologie W. Schaufeli van de Universiteit Utrecht. Een werkplek zó inrichten dat die niet leidt tot een burn-out kan volgens de wetenschapper in theorie tot op zekere hoogte wel, maar in de praktijk eigenlijk niet. Hij pleit daarom voor iets meer relativering ten opzichte van het onderwerp. De werkgever heeft het niet compleet in de hand.
Luuk Klomp is plaatsvervangend directeur van de directie Innovatie en Kennis binnen het ministerie van Economische Zaken. Binnen de directie is het thema werkdruk weer extra onder de loep genomen, naar aanleiding van het laatste Medewerkerstevredenheidsonderzoek.
Annemieke de Vries is hoofd van het centrum Gezondheidsbescherming van het RIVM. Binnen het RIVM is duurzame inzetbaarheid een belangrijk thema. Binnen haar centrum besteedt Annemiek er, samen met haar management team, veel aandacht aan.
Iedere medewerker heeft een eigen energiebalans en het verschilt per persoon hoe die het beste in balans te houden is. Tegelijkertijd heeft de aard van het primaire proces, de inrichting en de cultuur van een organisatie veel invloed op de elementen die in die weegschaal liggen en heeft de organisatie er baat bij dat haar medewerkers zich vitaal voelen. In dit geheel speelt de leidinggevende een sleutelrol. In onze aanpak werken we daarom langs deze drie sporen.
Online leren: ben jij er klaar voor?
(deel 2)
We zien in ons werk dat blended learning de standaard is geworden. In onze trajecten wisselen digitaal leren, praktijkleren en classroom-leren elkaar af en versterken elkaar.
In het Ardis magazine van afgelopen zomer hebben we een korte enquête uitgezet over online leren.